veranderingen door de wetenschap

Wetenschap en technologie waren belangrijke elementen van de moderne veranderende samenleving.

In de Republiek floreerde ook de wetenschap: er vonden belangrijke ontdekkingen binnen de landsgrenzen plaats. Veel internationaal bekende wetenschappers trokken naar de Nederlandse Universiteiten, waarvan de Universiteit Leiden de oudste is: het werd in 1575 aan de stad geschonken door Willem van Oranje. Ook het aantal internationale studenten lag hoog: wie het zich kon permitteren kwam naar de Nederlanden om bij de beste wetenschappers college te volgen. De voertaal van de wetenschap was Latijn dus van een taalprobleem had niemand last.

colleges

Hier zie je allemaal mensen in een grote zaal.

De colleges trokken trouwens niet alleen wetenschappers en studenten. Het anatomisch theater, waar de medische studenten colleges kregen over de anatomie van het menselijk lichaam, was een internationaal bekende trekpleister. De Republiek liep voorop in praktisch onderzoek, in een tijd dat het lezen van wetenschappelijke theorieën uit de Klassieke Oudheid de gewoonte was.      

Het ontleden van het menselijk lichaam was een belangrijk onderdeel van deze praktijkstudie. Door het ontstaan van praktische wetenschap konden zich ook medische hulpapparatuur ontwikkelen, zoals de microscoop, waarmee baanbrekende ontdekkingen werden gedaan. Er bleek een hele wereld op zich te bestaan, van kleine diertjes zoals bacteriën.

wetenschapsacademie

Rond 1660 ontdekten regeringen het belang van de nieuwe wetenschappen. Zowel de Engelse als de Franse koning richtte een koninklijke academie van wetenschappen op. Daarin kwamen de beste wetenschappers bij elkaar. Het wetenschappelijk onderzoek leidde tot technische vooruitgangen, en dat hielp de Europeanen om de rest van de wereld te overheersen. Hun legers profiteerden er bijvoorbeeld van dat wetenschappers de beweging van kanonskogels leerden berekenen. Hun scheepskapiteins profiteerden van de groeiende astronomische kennis en de steeds betere meetinstrumenten. Zo konden ze op zee precies meten waar ze waren.